De Tijd en de Liefde hebben haar met hun klauwen
getekend en haar op wrede wijze geleerd hoe iedere minuut en iedere omhelzing
iets aan jeugd en frisheid wegnemen.
Ze is werkelijk lelijk; ze is een mier, een spin, en zo
je wilt zelfs een skelet; maar ze is ook een wonderdrank, een magisch elixer,
toverkunst! Kortom, ze is allerbekoorlijkst.
De Tijd heeft haar sprankelende, harmonieuze manier van
lopen en de onverwoestbare elegantie van haar postuur niet kunnen breken. De
Liefde heeft de zoetheid van haar kinderadem niet veranderd; en de Tijd heeft
niets weggenomen uit haar weelderige haardos, die met zijn wilde geuren heel de
onstuimige vitaliteit van het Franse Zuiden ademt: Nimes, Aix, Arles, Avignon,
Narbonne, Toulouse, met zonlicht gezegende steden, die vol liefde en charme
zijn!
De Tijd en de Liefde mogen haar met hun grage tanden
gegeten hebben, ze hebben niets afgedaan aan de onbestemde maar eeuwige charme
van haar jongensborst.
Versleten misschien, maar niet uitgeput, en steeds
heldhaftig, doet zij denken aan die echte raspaarden die het oog van de ware
liefhebber herkent, zelfs als ze voor een huurkoets of voor een zware kar zijn
gespannen.
En ze is daarbij zo zacht en zo vurig! Ze heeft lief
zoals men liefheeft in de herfst; het lijkt of de naderende winter in haar hart
een nieuw vuur ontsteekt, en haar tedere onderworpenheid vermoeit nooit.
Un cheval de race
Elle est bien laide. Elle est délicieuse pourtant!
Le Temps et l'Amour l'ont marquée de leurs griffes et lui
ont cruellement enseigné ce que chaque minute et chaque baiser emportent de
jeunesse et de fraîcheur.
Elle est vraiment laide; elle est fourmi, araignée, si
vous voulez, squelette même; mais aussi elle est breuvage, magistère,
sorcellerie! en somme, elle est exquise.
Le Temps n'a pu rompre l'harmonie pétillante de sa
démarche ni l'élégance indestructible de son armature. L'Amour n'a pas altéré
la suavité de son haleine d'enfant; et le Temps n'a rien arraché de son
abondante crinière d'où s'exhale en fauves parfums toute la vitalité endiablée
du Midi français: Nîmes, Aix, Arles, Avignon, Narbonne, Toulouse, villes bénies
du soleil, amoureuses et charmantes!
Le Temps et l'Amour l'ont vainement mordue à belles
dents; ils n'ont rien diminué du charme vague, mais éternel, de sa poitrine
garçonnière.
Usée peut-être, mais non fatiguée, et toujours héroïque,
elle fait penser à ces chevaux de grande race que l'œil du véritable amateur
reconnaît, même attelés à un carrosse de louage ou à un lourd chariot.
Et puis elle est si douce et si fervente! Elle aime comme
on aime en automne; on dirait que les approches de l'hiver allument dans son
cœur un feu nouveau, et la servilité de sa tendresse n'a jamais rien de
fatigant.